Sommige babys hebben de fijne motoriek die nodig is om een fles vast te houden – en het doel te bereiken – al vanaf 6 maanden. Voor anderen zal het dichter bij 10 maanden zijn. De enige manier om erachter te komen of uw baby zijn eigen fles kan vasthouden, is door hem er een te geven en te kijken wat er gebeurt. Als hij de motoriek heeft om de fles in zijn mond te stoppen en hem eruit te halen als hij vol is, kun je hem er zo nu en dan een aanbieden.
Maar hoe oud je baby ook is, wees niet in de verleiding om een fles in zijn mond te stoppen als een manier om het voedingsproces te versnellen. Een fles met steun kan uw kind ertoe dwingen te veel te eten of zelfs te stikken.
En als uw baby in slaap valt met de fles in zijn mond, kan de flesvoeding of moedermelk zich rond zijn tanden verzamelen en tot tand leiden. verval. Dus, om tandbederf te voorkomen, mag u de fles niet proppen of uw baby een fles geven en hem in bed leggen.
Gepofte flessen kunnen volgens de Amerikaan ook het risico van uw baby op oorinfecties verhogen. Academie voor kindergeneeskunde. Als uw baby gaat liggen tijdens het voeden, kan de vloeistof uit zijn mond in de ‘buisjes van Eustachius’ in zijn oren stromen, waar het kan blijven hangen en een infectie kan veroorzaken.
Nog een belangrijke reden om een fles niet of altijd te steunen laat hem het zelf vasthouden: het kan uw baby belangrijke knuffeltijd ontnemen. Door uw baby vast te houden en te knuffelen tijdens het voeden, krijgt hij een gevoel van veiligheid en geborgenheid en bevordert het de band.