Babys met volledig androgeenongevoeligheidssyndroom lijken bij de geboorte vrouwelijk te zijn, maar hebben geen baarmoeder, eileiders of eierstokken. Hun testikels zijn verborgen in de bekken of buik. Borsten ontwikkelen zich tijdens de puberteit, maar er is weinig of geen schaam- en okselhaar. Babys geboren met een volledig androgeenongevoeligheidssyndroom worden doorgaans opgevoed als meisjes en hebben een vrouwelijke geslachtsidentiteit. In veel gevallen worden ze pas in de adolescentie gediagnosticeerd of later, wanneer ze niet menstrueren of niet zwanger kunnen worden.
Babys geboren met het partiële androgeenongevoeligheidssyndroom kunnen geslachtskenmerken hebben die kenmerkend zijn voor een man, een vrouw of beide. Ze kunnen een gedeeltelijke sluiting van de buitenste vagina, een vergrote clitoris en een korte vagina. Ze kunnen als man of vrouw worden grootgebracht en hebben een mannelijke of vrouwelijke geslachtsidentiteit.
Andere symptomen van partieel androgeenongevoeligheidssyndroom zijn onder meer f ailure van een of beide testikels om na de geboorte in het scrotum af te dalen en een abnormale penis waarin de urethra aan de onderkant opent in plaats van aan de punt. In de minst ernstige gevallen is mannelijke onvruchtbaarheid het enige teken van het androgeenongevoeligheidssyndroom.